dinsdag 9 december 2014

Tips

Voor veel mensen is bijna elke grote verandering een bedreiging. Gek genoeg willen ze dan wel graag meedoen met de laatste mode, trends, en hypes. Bijvoorbeeld een iPhone 6, coole sportgear, veel "vrienden" op internet en likes. Het zelfde, of liefst een nog wat mooier, huis en auto als de buren, vrienden, of een groep andere mensen met wie zij zich (willen) identificeren. In de marketing heet dat laatste een "peer group". De mens is een kuddedier, een sociaal wezen. We scholen samen en imiteren elkaar. Wat dus werkt om veranderingen op gang te brengen zijn genoeg (goede) voorbeelden, bij voorkeur in de eigen vertrouwde omgeving.

Wat me dan toch een beetje verrast is, dat de kinderen van dezelfde vader en moeder meestal heel verschillend zijn. In kleine gezinnen vind je zelfs vaak twee tegenpolen, in de hele familie ook (bijna) alle mogelijke nuances daartussenin. Bij de één komen blijkbaar bijvoorbeeld vooral de genen van grootmoeder, bij de ander die van overgrootvader naar boven. Daarnaast doet ieder in zijn of haar leven vanaf het begin eigen ervaringen op. Elk mens is uniek, maakt andere keuzes, groeit anders op. Toch is niemand meer dan een ander. Daarom hebben de founding fathers van de USA nog altijd helemaal gelijk met hun "We hold these truths to be self-evident, that all men are created equal & independent" (zie mijn topic Oplossing). Al krijgt niet iedereen in het leven dezelfde kansen of grijpt die dan.

Naar ik aanneem hebben we eigenlijk allemaal hetzelfde doel. Het nu zo prettig mogelijk te hebben en onze wereld voor de volgende generatie nog wat beter leefbaar te maken.
Voor de EU-commisarissen, met hun adviseurs en ambtenaren, volgen tegen deze achtergrond hier wat praktische tips in trefwoorden.

1. Formuleer ambitieuze, maar haalbare doelen voor de transitie naar een dienstenmaatschappij waarin meer en eerlijker wordt gedeeld (de groter wordende kloof tussen arm en rijk of "laag"- en "hoog"opgeleiden, vernietigt groeikansen), zet maximaal in op schone energie en hergebruik van grondstoffen, haal drempels weg, zet welzijn boven welvaart, denk niet in cijfers maar in mensen
2. Maak invoelbaar hoe Europa er op een overzichtelijke termijn (binnen 10 jaar) uit kan zien, laat zo goed mogelijk ervaren (beleven in 3D en virtuele wereld) wat de voordelen daarvan zijn voor ons als burgers, straal er enthousiasme voor uit, en pas de eigen leefstijl daarvoor zo nodig aan, wees consistent maar ook flexibel genoeg om op veranderde omstandigheden in te kunnen spelen
3. Schep goede voorwaarden voor zo veel mogelijk focusgebieden (voorbeeldbuurten, -regio's) in elk land voor duurzame ontwikkeling, schone energie, nieuwe woonvormen, research en development, en andere trekkers van noodzakelijke vernieuwing
4. Differentieer de doelen per land en per regio, pas ze aan de lokale omstandigheden en de eigen mogelijkheden daar aan, maak ze daardoor realistischer en beter haalbaar, benut zo alle potentieel
5. Formuleer doelen niet in een enkel cijfer (b.v. overheidstekort naar 3%), maar als bandbreedte (b.v. overheidstekort naar 2% - 4%), dat vergroot de kans op succes

De laatste tip komt uit het boekje "kleinGROOT, kleine veranderingen met grote invloed" *].  De andere suggesties kunnen ook worden onderbouwd met uitkomsten van recent onderzoek en publicaties van topauteurs. Maar ze zouden eigenlijk al intuïtief duidelijk moeten zijn. Net zoals de founding fathers het vanzelfsprekend vonden dat ieder dezelfde kansen verdient en geen mens meer of minder is dan een ander. Verschillen zijn er, maar mogen niet leiden tot uitsluiting, minachting, of andere vormen van mensonwaardige behandeling. Het is juist van groot belang de verschillen die er zijn te erkennen en te benutten (zie boven, de tussenzin in punt 1.).

Voor mij en veel andere economen is niet te volgen waarom de EU nog zo gefixeerd blijft (en bedenk: "Der Konsequenz führt zum Teufel") op lage rente, lage lonen, de 3% norm, en andere noodzakelijk geachte "hervormingen". Het gaat nog nauwelijks om hervormingen. De enige echt noodzakelijke ingreep is die van een splitsing van bankactiviteiten. Juist daaraan gebeurt weinig of niets. De buffereisen werden opgeschroefd wat, samen met andere factoren, bijna tot een stilstand van de kredietverlening heeft geleid. Of het plan Juncker de investeringen en de economie nu kan aanjagen staat nog heel erg te bezien. Het zal wel blijken of het plan (in deze vorm) werkt of niet.

*] S.J. Martin, N.J. Goldstein, & R.B. Cialdini. De eerste auteur is directeur van de Britse vestiging  INFLUENCE AT WORK, de tweede is verbonden aan de UCLA School of Management en de derde is emeritus hoogleraar psychologie en marketing aan de Arizona State University. De tips uit dit boekje zijn stuk voor stuk getoetst in de praktijk. Kern is, dat een bepaalde kleine verandering in aanpak vaak een veel  beter resultaat geeft.

zaterdag 6 december 2014

Wijsheid

In spreekwoorden zit veel oude wijsheid. Treffend zijn bijvoorbeeld:

"De appel valt niet ver van de stam"
"Eerlijk duurt het langst"
"Zoals de waard is, vertrouwt hij zijn gasten"
"Ogen zijn de spiegels van de ziel"
"Vertrouwen komt te voet en gaat te paard"

Misschien is het ook maar wat je er zelf in leest of legt. Voor mij betekent "Eerlijk duurt het langst" dat het lang kan duren voordat de waarheid (het licht, het goede) overwint. Dat is zo, dat heb ik wel ervaren. Want fundamentele veranderingen kosten vaak veel tijd. Ook werd me wel duidelijk dat leugen en bedrog altijd op jezelf terugslaat. Als in "Boontje komt om zijn loontje". Een leugentje om bestwil mag dan wel omdat zoiets sociaal de plooien gladstrijkt, maar waar ligt de grens ?

In dit leven is weinig zeker. Vroeger leefden we veel meer in het ritme van dag en nacht, de week, de seizoenen. We leerden daarmee dat de dood geen einde is. Op het donker volgt het licht. Juist als het het donkerst is, is het haast licht. De levenscyclus herhaalt zich en gaat eindeloos door. Dat geeft basisvertrouwen.
Basisvertrouwen bouw je waarschijnlijk vooral op in je eerste levensjaren. Het kan door latere ervaringen worden versterkt of verzwakt. Coaching en training, een spirituele leerweg gaan,  kan het verloren of geschokt vertrouwen dan weer herstellen. Gelukkig maar.

Basisvertrouwen is hard nodig in deze crisistijd. Eigenlijk vreemd, want elke crisis is een aansporing, een kans om het anders, beter, te doen. Grijp die kans, al doe je dan een sprong in het onzekere. Je weet nooit van te voren hoe dat uit gaat vallen. Neem daarom tijd genoeg om te bedenken hoe het dan het beste anders, beter, kan. Kijk zo breed mogelijk. Houd daarbij rekening met de gevolgen voor anderen, deze wereld. Laat je zo min mogelijk hinderen door beperkingen. Durf buiten de algemeen aanvaarde lijnen te denken, ga het avontuur aan. Gebruik al je talenten en creativiteit.

In deze tijd spreken de liederen van Taizé me extra aan. Vooral de volgende drie.

El alma
De noche iremos
Cantarei ao Senhor

Mij werd in opvoeding en trainingen het groeirecept "Fake it till you make it" doorgegeven. Eerst nog wel in andere woorden: "Hou vol, oefening baart kunst". Verder hebben vooral mannen helaas geleerd hun ware emoties te verbergen en zich te verschuilen achter een masker, een pokerface. Vooral bij onderhandelingen en op andere momenten wanneer het er voor hem of haar op aan komt.

Je kunt met woord en houding (als je flexibel genoeg bent) alle kanten uit, "liegen" alsof het gedrukt staat. Of iets echt gemeend wordt is vooral goed te zien als iemand zich er vol in gooit. Alleen als iets wordt gezegd met de verkeerde emotie weet je bijna zeker dat maar een verhaal opgehangen wordt waar hij of zij eigenlijk (nog) niet achter staat. Het is de toon die de muziek maakt. Maar mij werd ook geleerd, dat niets veranderlijker is dan een mens en dat smaken verschillen. Je ziet discussies over hoe we verder zouden moeten met deze wereld dan ook alle kanten uit vliegen.
Echtheid is niet altijd zo gemakkelijk te zien. Een goede toets is of het gedrag spontaan is en woorden en daden met elkaar op hoofdlijnen in overeenstemming blijven (maar zie de topic Valkuilen). "Liegen" met een stalen gezicht is aan te leren. Soms breekt (zelfs als je dat professioneel doet) een ik die je niet wilt laten zien toch door. Je gaat, als je dat weet, misschien angstig en verkrampt leven. Dat soort leven is geen echt leven. Je mist dan veel. Spanning kan je heel erg beperken. Je bent dan niet spontaan, toont je niet zoals je bent, kunt niet volop genieten. Een echt mens is het mooiste dat er is.

Het is winter, Advent. Tijd voor rust en bezinning. Van wachten op het licht dat straks weer doorbreekt. Dames en heren (top)bestuurders: Veel wijsheid voor uw beslissingen.

maandag 1 december 2014

Pensioenen (Update 16 februari 2015)

Open brief aan mevrouw de Staatssecretaris Jetta Klijnsma

Pensioenen zijn een moeilijke materie. Voor bijna alle werkenden, tot bijna aan het eind van hun loopbaan, is het pensioen ook ver weg. Ze zijn meestal veel te druk met de problemen van het hier en nu om zich ook nog eens zorgen te maken over de toekomst.
Een nog veel te kleine groep maakt zich wel degelijk zorgen. Vakbond Abvakabo heeft op 20 november gedemonstreerd bij het ABP tegen de plannen van het kabinet. Waarbij de regels voor indexering ineens nog veel strenger worden als de Eerste Kamer de plannen die er nu liggen tenminste goedkeurt. Plannen die indexering zeker voor een jaar of tien onmogelijk zullen maken, zoals het er nu naar uitziet. Plannen waarbij ook het ABP (bestuur) zich naar eigen zeggen ongemakkelijk voelt, omdat die regels veel te streng zijn. De gemiste indexatie komt, volgens berekening van het ABP zelf, al uit op 10%:
Bij een inflatie van gemiddeld de door het ECB "gezond" geachte 2% zou er de komende tien jaar voor ouderen een koopkrachtverlies ontstaan van nog eens ruim 20%. Er zijn maar weinig ouderen die zo'n gat kunnen overbruggen uit spaargeld of de overwaarde van hun woning. Er is trouwens -wat het laatste betreft- juist onder ouderen een grote groep huurders. En ook de zorg wordt zo langzaam aan onbetaalbaar.
Laten we dus maar hopen dat de Eerste Kamer over een paar dagen tegen dit onrijpe plan stemt.

Mevrouw de Staatssecretaris, u vroeg om suggesties voor betere pensioenplannen. Hier zijn er enkele.

1. Geef de pensioengerechtigde meer ruimte voor inzet van het eigen pensioen. Niet alleen voor aflossing van hypotheekschuld. Ook als eigen inbreng bij het aangaan van een hypotheek en als onderpand voor een krediet als er bijvoorbeeld ineens hoge zorgkosten komen.
2. Maak de pensioengerechtigde eigenaar van zijn of haar aandeel in de pensioenpot. Geef in elk geval de keuze vrij in welk fonds men wil laten beleggen en met welk risicoprofiel. Ook al komt er een "algemeen pensioenfonds", er moet nu gerekend worden met een beleggingsrendement dat van (nu) negatief oploopt naar rond de 3% in 60 jaar. Dat is erg voorzichtig, gezien tegen de achtergrond van Robeco die bijna 10% rendement aanbiedt en beleggingsclubs die nog veel beter presteren. Een professionele zeer grote belegger zoals APG (die onder meer voor het ABP belegt) zou toch ook op lange termijn een nog wat beter gemiddeld rendement dan 7% moeten kunnen halen.
3. Laat de beslissing wel of niet te indexeren afhangen van het beleggingsresultaat over een heel jaar. Die beslissing koppelen aan een enkele peildatum is financieel-technisch erg vreemd.
4. Dwing niet iedereen tot langer doorwerken als dat al qua vitaliteit en werkgelegenheid zou kunnen (waar zijn er straks nog banen voor ouderen ?), maar overweeg bijvoorbeeld het pensioen te splitsen in een klein aanvullend pensioen (bovenop de AOW) tot overlijden, en de rest van het aanvullend pensioen tot bijvoorbeeld een eindleeftijd van 75, 80, of 85 jaar (naar keuze van de pensioengerechtigde).

Met deze suggesties worden de lasten van vergrijzing echt en (veel) beter beheersbaar. En in elk geval wordt de keuze hiermee gelegd waar die hoort, bij de betaler (pensioengerechtigde). Want de premies die werkgevers betalen zijn gewoon uitgesteld loon. Zo worden uitkeringen ook belast.

vrijdag 28 november 2014

Plan Juncker

Juncker is met een plan gekomen om de europese economieën nu eindelijk uit de crisis te halen. Daar zit minstens één goed punt in, maar de verdere uitwerking kan veel beter. Zoals het FD donderdag kopte: Er is meer nodig dan een plan. Bovendien zou dit plan vervelende bijwerkingen kunnen hebben. De risico's worden opnieuw op de euroburgers afgewenteld. Zelfs dubbel, als ook de pensioenfondsen mee zouden doen als "private investeerders".

Het Plan Juncker trekt een basisbedrag van € 21 mrd uit. Dat zou via kredietverlening aan investeerders een groei van 2% tot 3% van het totaal Bruto Binnenlands Product van de Europese lidstaten moeten opleveren. Gerekend wordt dan wel met een dubbel hefboomeffect, als in het volgend plaatje. Het oorspronkelijk bedrag wordt tweemaal vermenigvuldigd. De eerste keer naar een faktor 3, de tweede keer naar een faktor 15.
[Klik op de afbeelding voor een uitvergroting]

Dit plan gaat er op zich terecht van uit, dat een flinke investeringsimpuls Europa weer toekomst kan (!) geven. Kan geven, want succes is niet gegarandeerd. De kans van slagen lijkt, geoordeeld naar wat daarover nu bekend is, zelfs erg klein. Er wordt nog veel te simplistisch en rechtlijnig gedacht. Het is magisch denken, zoiets als de voedingsstoffen voor een plantje in een pot doen en dan hopen dat er iets moois gaat groeien. Vooral over zeg zo'n 1 mln nieuwe banen. Waar en hoe dan ? Een druppel op de gloeiende plaat ook, want er zijn in Europa meer dan 25 mln mensen zonder werk.
Het al zes jaar op een doodzieke patiënt toegediende EU-wonderdrankje (hervormen - bezuinigen - lasten opschroeven) werkt niet. En wat nuancering per lidstaat of regio van de afspraken uit het Stabiliteits- en Groeipact is nog altijd absoluut onbespreekbaar. Want het eind zou zoek zijn als we over de zinnigheid van dit soort regels in een guur economisch klimaat zouden gaan praten. Maar het ontwijken van een open discussie is vaak een teken van zwakte.

Typerend is, dat dit plan (net als bijna alle Euro-regels die de crisis willen bezweren) gefocust is op cijfers, niet op mensen. Het lijkt alsof onze bestuurders zitten te gamen achter hun consoles en aannemen dat wat ze daar zien ook in de echte wereld gebeurt.
Alle veranderingen, vooral diep ingrijpende, roepen allerlei weerstanden op en kosten daarom tijd. Die tijd wordt niet genomen en gegeven. En met nog eens een keer uitleggen wordt het verhaal er echt niet beter verteerbaar op. De gevolgen zijn voorspelbaar. Niet voor niets blijkt nu de WMO in ons land veel onrust te veroorzaken. Onze regering doet nog wel pogingen ongeveer 70% ongeruste burgers te sussen. Die overheidscampagne slaat niet aan. Eigenlijk wel te begrijpen, omdat de kernboodschap niet klopt met de werkelijkheid. "Voor wie echt zorg nodig heeft verandert er niets". Niets ? Er "moet" 40% worden bezuinigd en veel gemeenten hebben al aangekondigd bijvoorbeeld huishoudelijke hulp niet meer te "kunnen" betalen. Wat moeten burgers die geen uitgebreid netwerk meer hebben (en oud worden betekent dat je netwerk kleiner wordt) en niet zo gemakkelijk van (verre) familie, buren, of vage bekenden, die ook niet altijd thuis zijn en zomaar tijd hebben, (bepaalde) hulp vragen ?
Er worden maar wat nieuwe regels en wetten over de schutting gegooid in de keten EU-Rijk-Gemeente-private sector. Het laatste bij onderwijs, pensioenen, en zorg. Allemaal om noodzakelijk geachte hervormingen en bezuinigingen er door te krijgen. Omdat het, blijft men volhouden, "moet". Ergens aan de top wordt beslist en daarna rücksichtslos doorgevoerd. Wie het niet op tijd haalt wordt ongenuanceerd (een jaar uitstel is niet veel) de les gelezen. Wie betaalt beslist ? Nee, want uiteindelijk betalen de burgers en die worden niet gehoord.
Europa mist draagvlak. Er worden zelfs exits overwogen. Dat is tegen deze achtergrond te begrijpen. Jammer. Toch: elke dag is een kans om het anders, beter, te doen.

zaterdag 15 november 2014

Euro-visie

Europa koerst nu op een veel te vaag en weinig ambitieus plan. Met enkele puur kwantitatieve doelen die niet genoeg richting, structuur, en vorm geven aan onze toekomst. Europa toont zich hierin een technocratische papieren tijger. Een heldere visie op hoe Europa er tussen nu en dertig jaar later uit zou kunnen zien ontbreekt. Of klinkt in elk geval niet genoeg door. Zo kan een beleidsplan nooit tot goede resultaten leiden. Er zal eerst breed draagvlak voor de visie, doelen, wegen, en ingezette middelen (niet alleen van geld) moeten zijn onder het volk.
De ongetwijfeld enthousiaste betogen die Jeremy Rifkin gehouden heeft zijn in "Europa 2020" niet meer terug te vinden. De vraag is trouwens, of het recept van Rifkin wel praktisch genoeg is. Als de Europese doelstellingen een te mager en te technocratisch aftreksel zijn, zijn die van Rifkin extreem aan de andere kant. Visionair, maar nog altijd teveel in éénzelfde lijn. Veranderingen vinden typisch in focusgebieden plaats. In eigen vorm en eigen tempo. Daarvoor zouden we eens kunnen inzoomen op de kaart. Waar leggen we dan de accenten ? Die zijn er nu niet.
Europa verdient een visie met meer ruimte voor verschil, meer durf. Wie de Europese beleidsstukken nu leest *) loopt grote kans zwaar depressief te worden of de neiging te krijgen maar te emigreren. Dat zou toch anders kunnen.

De Europese doelstellingen zijn duidelijk resultaat van moeizaam overleg. Geen vlees, geen vis. Er wordt daarmee op de verkeerde parameters "gestuurd". "Gestuurd", want nu al zijn er signalen dat Nederland de milieu-doelstelling niet gaat halen. En hoe realistisch zijn bijvoorbeeld de doelstellingen dat in ons land 80% van de bevolking tussen 20 en 64 (!) jaar werk heeft [in 2020] en dat er dan 100.000 minder (!) mensen in armoede zullen leven ?
Absurd is, afgezet tegen veel belangrijker vragen over onze toekomst, dat de prestaties van een lidstaat nu vooral afgemeten worden aan het binnen de grenzen brengen van een (structureel) begrotingstekort. Verder aan andere, overwegend puur financiële, parameters. Voor Nederland aan het doorwerken na 65 jaar, versterken van bankbuffers, terugdringen van de gemiddelde schuld van onze huishoudens, geleidelijk afschaffen van de hypotheekrenteaftrek, ombouw van ons pensioenstelsel. We ontwijken daarmee de werkelijk belangrijke vragen. Eerst: Hoe willen we dat Europa er de volgende generatie uitziet ? Dan: Liggen we op koers in de transitie naar dat Europa ?

Laten we eens zien, waar wat hardop denken ons brengt.
Rifkin heeft ongetwijfeld gelijk met de kern van zijn verhaal. We zijn op weg naar samenlevingen waarin huizen en andere gebouwen energieknooppunten worden. Waarin schone energie wordt geproduceerd en het teveel teruggeleverd aan het net voor gebruik op andere punten, of opgeslagen voor eigen later piekgebruik. Decentrale productie, participerend leiderschap, meer delen, zijn de trefwoorden voor onze nieuwe wereld. Niet alleen voor Europa.

Europa zou veel overtuigender de kop moeten nemen bij de transitie naar een koolstofarme economie. Dat betekent niet, dat elke lidstaat of regio dan dezelfde weg in hetzelfde tempo hoeft te lopen. Veranderingsprocessen komen niet overal tegelijk van de grond en verlopen niet lineair. Groot Brittannië stond niet in een paar jaar vol fabrieken met stoommachines. En niet alle spoorlijnen zijn meteen aangelegd. België volgde wel vrij vlug, Nederland kwam (mede daardoor) ergens achteraan. In "Europa 2020" werd weinig diversiteit ingepland. Dat is niet realistisch. Want er zijn juist kweekvijvers (focusgebieden) nodig. Die kunnen voor grotere regio's als proeftuin en trekker fungeren. Tegelijk concreet, zichtbaar en tastbaar, maken welke vorm onze toekomst kan krijgen. Kijkobjecten, net als de eerste "luxe" auto in een straat van mensen met een vrij gemiddeld inkomen ruim een halve eeuw geleden.

Nederland (en elke andere lidstaat) zou een verzameling focusgebieden kunnen zijn. In ons geval speciaal voor nieuwe technieken op het gebied van

* schone energie
* transport en logistiek
* nieuwe woonvormen met passende financieringsmogelijkheden

Het laatste in het bijzonder voor starters op de woningmarkt en 65-plussers. Het ontbreekt daar nog aan voldoende inzet en verbeeldingskracht. Met goed onderwijs alleen jagen we de economie op korte termijn niet aan. Zeker niet als we tegelijk hard op de budgetrem trappen.
Belangrijker nog is dat we komen waar we wezen willen. Een Europa dat straks nog leefbaar is en divers genoeg om ieder niet alleen inkomen, voedsel, en kleding, maar ook een prettige woonomgeving te geven. Nu wordt te veel voor de hogere inkomens gebouwd (daar waar winst zit). Voor starters en ouderen zijn er te weinig woningen betaalbaar en op maat.

Meer thuiswerken, autodelen, elektronische beïnvloeding, en het reserveren van de rechterrijstrook voor vrachtverkeer, kunnen het vollopen van de wegen in ons land voorkomen. Nog weer een rijstrook erbij is geen duurzame oplossing. Evenmin als het nog veel te halfslachtig bouwen van wat windmolenparken en het upgraden van de huizenmassa met glasvezelaansluiting, betere isolatie, een nieuwe gasketel, en zonnepanelen. Er zijn sterkere impulsen en meer samenhangend beleid nodig om ons land leefbaar te houden. Er zullen energieneutrale kleinschalige woonwijken (buurten) moeten komen met genoeg groen in een gevarieerde omgeving. Met genoeg veilige speelgelegenheid voor opgroeiende kinderen. Wijken met speelse aanleg en woningen van verschillende maat en stijl door elkaar. Flexibel, geschikt (te maken) voor starters, jonge gezinnen, èn ouderen. Pas als we jong en oud weer samenbrengen in de wijken en daar alle dagelijks benodigde voorzieningen (van werk en winkelen, onderwijs, sport, recreatie, en zorg) in clusteren, bouwen we echt duurzaam. Het concept van aanleunwoningen was zo slecht nog niet. Het verzorgingstehuis als stapelflat wel. Dat kan anders en beter, met meer en kleinere steunpunten in de wijk. Juist die worden nu, waarschijnlijk vooral uit plattelandsgebieden, wegbezuinigd. Werken met landelijke doelcijfers verhult dat. Er is op kritieke punten tegenstuur van bovengemeentelijk niveau nodig. Het is te gemakkelijk dat aan het particulier initiatief of aan de markt over te laten.

Als de EU voor de komende jaren het budgetbeleid versoepelt, kan er genoeg geld vrij worden gemaakt voor ruimtelijke vernieuwing en behoud van voorzieningen. Dan kan echt worden geïnvesteerd in onze toekomst. Dan komen we waar we wezen willen met de volgende generatie.


*) Voor wie zich hieraan durft te wagen: Link http://ec.europa.eu/europe2020/targets/eu-targets/index_nl.htm

woensdag 12 november 2014

Europese droom

De Europese droom, die van een vernieuwend (!) verenigd Europa, als goede plek om te leven voor ons en onze kinderen, lijkt vervlogen. Lijkt, want kansen om die droom tot werkelijkheid te maken zijn er nog genoeg. Bijvoorbeeld Itai Agur ("Voorbij de heilige huisjes van de Nederlandse economie") en Jeremy Rifkin ("De derde Industriële Revolutie") laten dat wel zien. Het gaat erom dat we nu de kansen pakken. Niet langer talmen en dus maar doorzwalken op de oude koers.

Het basisrecept is vrij simpel. (1) Vernieuw de financiële sector. (2) Bevorder de transitie van industriële naar dienstenmaatschappij. (3) Investeer volop in groeikracht die er is.
Ondertussen zou moeten worden gebouwd aan een echte Europese Unie. De muntunie kwam eigenlijk te snel en elke lidstaat (behalve Groot Brittannië) leverde (ondoordacht ?) met de eigen munt een belangrijk economisch-politiek instrument in: dat van het monetaire beleid. We zijn blijven hangen in een niemandsland. Een gedeeltelijke unie, met een gekortwiekte centrale bank, de ECB. Geen enkele lidstaat is nu al bereid meer eigen soevereiniteit over te dragen aan "Europa". Want er is onvoldoende democratische controle en aan het "wij"-gevoel ontbreekt veel. We hebben eigenlijk alleen de vlag. Waar die voor staat weet bijna niemand *).
Aan die laatste punten zal moeten worden gewerkt. Terug naar het versplinterd Europa van vroeger is immers geen optie. De uitdaging is dan om meer te laten zien waar de toegevoegde waarde van een europese statenbond ligt voor elk van de lidstaten en, zoveel mogelijk, ook voor iedere burger.

Niets komt zonder gerichte aandacht en inspanning van de grond. Met name de financiële sector voert een sterke tegenlobby en trapt hard op de rem om de noodzakelijke veranderingen tegen te houden. Het is daarom de taak van de overheid (Europees en nationaal) om in te grijpen, richting aan te geven, en grenzen te stellen. Meer dan het versterken van de buffers en het terugdraaien van de kredietrisico's bij bepaalde groepen bankklanten. Dat zijn begrijpelijke angstreacties, maar ze blokkeren door de eenzijdigheid ons economisch herstel. Er zijn betere en in elk geval evenwichtiger alternatieven. Itai Agur doet daarvoor suggesties die concreet en praktisch genoeg zijn om het te verdienen meegenomen te worden in nieuw beleid.

Over de vernieuwing van de financiële sector zegt Agur in de eerste plaats dat er nieuw monetair beleid en verscherpt toezicht vanuit Europa nodig is. Bank- en staatsschulden zouden voortaan afgedekt moeten kunnen worden door uitgifte van Eurobonds (of het aangaan van andere schulden) door de ECB. Een wat hogere inflatie dan nu (tot 2% per jaar) zou naar zijn mening het economisch herstel kunnen aanslingeren. De invoering van een verplichte inbreng van 20% - 50% eigen geld bij aankoop van een eigen huis kan de rust op de huizenmarkt herstellen en lucht uit deze zeepbel halen. De hypotheekrenteaftrek zou afgeschaft moeten worden. Net als elke andere fiscale aftrekmogelijkheid van rente. Want daarmee wordt het aangaan van (eventueel te hoge) schulden bevorderd. Agur stelt daar tegenover voor het eigen opgebouwd pensioen te mogen gebruiken als inbreng bij het aangaan van een hypotheek. Het zou daarbij kunnen helpen dit (toekomstig) eigen vermogen per inlegger zichtbaar en verhandelbaar te maken in de vorm van schuldpapier van de fondsen aan de pensioengerechtigde. Agur bepleit tenslotte het afschaffen van het eigen risico op ziektekostenverzekeringen omdat dit, zodra het eigen risico opgebruikt is, overmatig gebruik van de gezondheidszorg zou stimuleren. In plaats daarvan stelt hij voor om een vast percentage van elke nota als eigen bijdrage te heffen, beperkt tot een plafondbedrag [bijvoorbeeld tussen € 100 en € 1.000, gerelateerd aan het eigen inkomen, zodat de sterkste schouders voortaan echt de zwaarste lasten dragen; mijn toevoeging].

Om de werkloosheid ver genoeg terug te dringen is een snelle overgang van industriële naar dienstenmaatschappij van belang. Met extra aandacht voor onderwijs en zorg.
Goed onderwijs legt de basis voor een vervuld leven, waarin de eigen talenten optimaal benut (kunnen) worden. Agur stelt zelfs, dat de cruciale periode die van een voorschool is, tussen 0 en 5 jaar. Dan worden, zoals hij het ziet, creativiteit en flexibiliteit spelend "aangeleerd". Veel minder door de latere schoolse training tot handelbare burger die routineklussen goed aan kan maar ook weer niet te moeilijk doet over de noodzaak om mee te gaan met maatschappelijke veranderingen. Zo rond de 15 jaar zou het karakter gevormd zijn en de bedrading gelegd die grotendeels bepaalt hoe flexibel je later nog bent. Persoonlijk vind ik dat een nogal eenzijdige visie, want leven is leren. En ook jongeren kunnen heel irritant inflexibel zijn.
Goede zorg is voorwaarde voor een menswaardig bestaan. Ieder mens verdient tot het laatst te mogen genieten van alles wat voor hem of haar kleur en betekenis geeft aan het eigen bestaan. Niet om behandeld te worden als een kostenpost en last voor anderen. De economische bril legt ons een tunnelvisie op. Laten we het daarom maar eens zonder bril doen. Met geloof dat de kosten beheersbaar blijven als we gestimuleerd worden om meer voor elkaar over te hebben. Meer te delen. Alleen dan hebben wij nog toekomst.

Het derde punt, het benutten van groeikracht die er is, gaat over de vormgeving aan een vernieuw(en)d Europa. Vooral daar ligt onze toekomst.
Van groot belang is dat er in het Europees beleid meer ruimte komt om regionale plussen (sterkten) optimaal te benutten. Dat vraagt op zijn minst de mogelijkheid tot nuancering van de 3%-norm per lidstaat. Op het ogenblik kappen we daarmee de groeikracht, die juist in de toppen zit, af tot een relatief laag gemiddelde voor heel Europa. We zouden onze regionale diversiteit meer kunnen koesteren en uitbuiten.
We zouden vooral veel meer moeten inzetten op de transitie naar een koolstofarme economie, zoals onder meer Jeremy Rifkin bepleit. Dan is het wel nodig onze ruimtelijke planning grondig te herzien. Waar en hoe willen we in de toekomst leven ? Gaan we terug naar zoiets als familiegemeenschappen of buurten ? Wat stelt de (bestuurlijke) wens tot grotere zelfvoorziening en meer zelfzorg aan eisen aan woning en omgeving ? Het lijkt alsof daarover nog nauwelijks is nagedacht. Als dat werkelijk zo is, mogen we dat niet langer voor ons uit schuiven. Onze toekomst wordt nu gemaakt.


*) De vlag heeft een mooie symboliek. De 12 in een cirkel geplaatste gouden sterren staan voor de idealen van Europese eenheid, solidariteit, en harmonie. Het aantal sterren heeft geen bijzondere betekenis.

donderdag 23 oktober 2014

Valkuilen

Elk sterk punt kan valkuil worden. Zo kan doorzettingsvermogen doorslaan in irritante koppigheid, te lang volhouden. Intelligentie, in de vorm van een goed analytisch vermogen en een helder inzicht, kan doorslaan in figuurlijke doofheid en blindheid. Niet meer openstaan voor nieuwe inzichten en adviezen van anderen. Op die manier is de ABN Amro Bank stuk gelopen. Zo blijft nu de EU te lang in de (economisch-politieke) crisis hangen. We modderen al sinds 2008 door.

Sterke punten van de EU zijn (1) de verschillen tussen en binnen de lidstaten en (2) het nog altijd grote potentieel, niet alleen op economisch gebied. Als die plussen goed benut worden, komt de EU er vast en zeker weer snel bovenop. Maar als men hardnekkig blijft proberen alle lidstaten in dezelfde mal te persen, kwakkelen we nog een jaar of wat door. Dan handel je eigenlijk (doof voor de hulpkreten van de slachtoffers en blind voor de gevolgen) als een figuur uit de Griekse mythologie, de smid-herbergier Procrustes. Je hakt van elke gast hoofd en benen af, of je rekt het slachtoffer juist op, om hem of haar pasklaar te maken voor één van de bedden. *)
Elk land blijven binden aan de strakke 3% budgetregel, compleet met een spoorboekje om het "structureel tekort" "snel genoeg" terug te dringen, vernietigt Europese groeikracht die er nog altijd wel is. Het zou mogelijk moeten zijn om hier voor elke lidstaat een wat meer op maat gemaakt hervormingsplan te volgen. Want niet alle omstandigheden zijn overal binnen Europa gelijk. Dat kunnen ze ook nooit worden. En een confectiepak van maar één maat past gewoon niet iedereen. Dat zou iedereen toch wel intuïtief duidelijk kunnen zijn.

Misschien de belangrijkste valkuil is het gebruik van oude theorie en van historische gegevens. De maatschappij verandert. We leven in een transitieperiode. Dan zullen er verschuivingen optreden in preferenties, bestedingspatronen, manieren van reageren op (financiële) prikkels. We kunnen, zeker dan, geen 5 of meer jaren vooruit kijken, zoals we nog altijd doen met onze projecties over de economie, het overheidsbudget, pensioen, zorg, etc.
Want één ding is zeker. We leven straks anders dan tien jaar of langer geleden. Het is dan toch te begrijpen dat onze economische en financiële rekenmodellen en de daarop gebaseerde prognoses er waarschijnlijk ver naast zullen zitten ?

Duidelijk is, dat veel mensen schulden aan het aflossen zijn. Daarvoor hun spaargeld of inkomen aanspreken. Daarom lukt het maar niet om de consumptie aan te jagen. En de investeringen (die mede daarvan afhangen) te stimuleren, of de banken te bewegen meer krediet te gaan verlenen.
Het is in elk geval een banktechnische absurditeit dat de ECB banken goedkoop geld geeft èn ze wil verplichten die lage rente aan hun klanten door te geven. Banken zouden met die marktbenadering verlies gaan draaien. Want ze kunnen dan geen risicopremie vragen. Dat gebeurde tot nu toe meestal in de vorm van een renteopslag, een hogere prijs. Juist nu bestaat er meer kredietrisico dan anders. Dat geldt dubbel voor starters. Want meestal komt maar zo'n 10% van de nieuwe producten of beginnende ondernemers van de grond.

Van belang is daarom, vooral in deze tijd, dat we onze inzichten en verwachtingen toetsen. Durven experimenteren, kijken wat de gewenste resultaten geeft en wat niet. Juist nu niet meer werken vanuit dogma's en andere onbewezen stellingen. Vooral de neoliberale dogma's falen opzichtig, al lange tijd. We zien dat toch eigenlijk wel, als we zonder vooroordelen durven kijken. Lage rente jaagt de economie niet aan, brengt de kredietverlening maar niet op gang. Ook lage lonen scheppen niet zomaar nieuwe werkgelegenheid. Waarom veranderen we dan nog steeds niet van koers ?

Verlaging van belastingen (VB, IB, BTW) is waarschijnlijk het beste middel om de consumptie aan te jagen en de investeringen te bevorderen. Dan is nodig, dat we de starre 3% norm wat soepeler toepassen. Het alternatief, de overheid nu eens echt laten bezuinigen, zou de crisis juist verdiepen. In de overheidsuitgaven mag niet worden gesneden, integendeel. Er moeten binnen het (misschien zelfs nog wat verhoogd) budget andere prioriteiten worden gesteld. Met de focus nu op flinke investeringen in economisch herstel en banengroei. Juist bij de overheid, in sectoren als defensie, onderwijs, en zorg. Het vraagt verbeeldingskracht en durf om dat te doen. Kwaliteiten die van onze topbestuurders toch juist verwacht mogen worden. We gaan het zien.

Het zijn interessante tijden voor een econoom. Maar aan de kant blijven staan en toekijken hoe veel mensen het onnodig (financieel) zwaar hebben is nog altijd heel moeilijk voor me. Het gaat me ook boven de pet hoe anderen dat wel lijken te kunnen. Met argumenten als "je kunt het toch niet veranderen" of andere dooddoeners.
EU-bestuurders: laat ons zien dat het wel anders kan en doe dat dan ook alsjeblieft. Ga er voor, voluit. Laat dit pleidooi niet vergeefs zijn, om hemelswil. Voor onze eigen toekomst. Waarom genoegen nemen met minder dan kan ?




*) Meer informatie over deze mythologische figuur op http://en.wikipedia.org/wiki/Procrustes of http://nl.wikipedia.org/wiki/Procrustes

zondag 19 oktober 2014

Communicatie

Over communicatietechnieken is al een bibliotheek vol geschreven. Wat goede communicatie is, kan in een enkele alinea (net niet zo kort als in een Twitter-bericht) worden gezegd.
Goede communicatie is een open uitwisseling van gedachten en emotie (motieven), waarin beide partijen zichzelf tenminste een beetje laten zien zoals ze zijn. Zich allebei op dat punt kwetsbaar durven opstellen. Met elkaar in gesprek gaan als gelijken. Niet de één als bovenliggende partij, wat de ander slachtoffer maakt. Naast elkaar, met het volle respect voor de mening en integriteit van de ander. Zo mogelijk met uitgestoken hand van beide partijen om een echte opening te geven. Of beter, waar dat kan en mag, heel even (desnoods alleen figuurlijk) met de armen om elkaar heen. Liefdevol, als mens tot mens. Zoals toen nog minister Frans Timmermans deed bij een familielid van een slachtoffer van de MH17. Dat was zichtbaar recht uit het hart.

Wat goede communicatie niet is, kan ook vrij kort worden gezegd.
Geen gekleurde berichtgeving, zeker geen poging tot manipulatie. Geen mooi opgeklopt mediaverhaal waarmee de zender (degene die het bericht betaalt, voorgekookt laat plaatsen, of gewoon op eigen initiatief verstuurt) iemand of een bepaalde groep (doelgroep) tracht te bereiken. Vaak om die persoon of groep te beïnvloeden, zo niet erger (vind ik) te manipuleren. TV en kranten hebben daar nu een handje van, net als de nieuwe media. Dat was toen kranten voor het eerst verschenen nog anders. In het begin ging het erom het publiek te informeren met nieuws. Een goede krant bracht gecontroleerde feiten en interessante wetenswaardigheden. Geen sensatieverhalen of gekleurde berichten.

Zoals ik het zie, maar misschien heb ik het fout, zijn we teveel bezig (het klinkt tegenstrijdig) juist niet met elkaar te communiceren. We praten vaak langs elkaar heen, zijn of houden ons doof en blind. We hebben ons dan "veilig" in eigen standpunten ingegraven en gaan niet open en als gelijken met elkaar in gesprek. Want het zou wel eens kunnen zijn dat dat niet in ons voordeel is. Of we zijn misschien veel te bang om (opnieuw) gekwetst te worden. Maar wat ooit zo plaatsvond, hoeft niet opnieuw (zo) te gebeuren.
Je kwetsbaar opstellen, onbevangen durven praten, is de enige manier om in gesprek te komen. Angst leidt tot (meer) verkramping en pijn, schaarste en tunnelvisie. Zoals Sendhil Mullainathan en Eldar Shafir in hun boek (eerder al even door mij genoemd) "Schaarste - Hoe gebrek aan tijd en geld ons gedrag bepalen" (2013) helder laten zien.
Angst lost op in liefde, als je kunt geven zonder daarvoor iets terug te vragen. Zoals in het gebed van St. Franciscus, dat ook wel gebruikt wordt om op te mediteren.

"Heer, maak mij tot een instrument van uw vrede:
laat mij liefde brengen waar haat heerst,
laat mij vergeven wie mij beledigde,
laat mij verzoenen wie in onmin leven,
laat mij geloof brengen aan wie twijfelt,
laat mij waarheid brengen aan wie dwaalt,
laat mij hoop brengen aan wie wanhoopt,
laat mij licht brengen aan wie in duisternis is,
laat mij vreugde brengen aan wie bedroefd zijn".

Elke nieuwe dag geeft iedereen (ook mij) een kans om zo te (gaan) leven. Rijk en vervuld.
Communicatie begint met een sprankje geloof en vertrouwen. Dat is genoeg.

vrijdag 17 oktober 2014

Muziek

In dit leven is nog zó veel te genieten. Maar je moet soms hard je best doen om de mooie dingen te blijven zien. Je niet laten opslokken door somberte, verdriet, moedeloosheid. De kranten en andere media overvoeren ons met allerlei onheilsberichten. Goed nieuws raakt daardoor ondergesneeuwd en uit het oog verloren. Uit het oog uit het hart ?

Mij helpt het nu erg veel om naar mooie en vrolijke muziek te luisteren. Naast toch wat zwart van andere stukken als het "Stabat Mater" van Pergolesi en het "Requiem" van Mozart. Liefst wel in opbouw van donker naar licht. Zoals het Kyrië gevolgd wordt door het Gloria in een mis. Rouw, dood en verdriet, zijn geen einde. Dat werd ons beloofd aan het begin van de schepping.
In de hitlijst klassieke muziek van Radio 4 (de "Hart en ziel" lijst) vorige week kwam niet zo veel lichtvoetige muziek voor. Zoals ik toen een deel van de top 50 hoorde tenminste. Vrij zware stukken, nogal somber en streng. Calvinistisch voor mijn gevoel, typeert ons dat nog altijd ? Oordeelt u zelf. Dit waren de stukken die de meeste stemmen kregen. Met de Matthäus Passion, drie Requiems, het Stabat Mater en een Miserere bij de mooiste 12.
[Klik op de afbeelding voor een uitvergroting]

Eigen verdriet of dat van anderen doorleven lucht op, ontspant. Net als het maken van een grap, mee lachen, en van harte een feestje vieren - ook al is er zo veel mis in de wereld. Alle echte emoties zijn gepast en mogen (nee, moeten zelfs, om gezond te blijven) worden geuit. Als het anderen zou storen dan maar in eigen omgeving, of helemaal privé. Dat maakt je (opnieuw als je het al lang of nog maar even kwijt was) het sociale wezen dat je als baby en kind al was, mens met mensen. Dat haalt het beste in iedereen boven. Dan komt ieder in zijn of haar kracht, tot volle ontplooiing. Creatief, spontaan, optimistisch.
Daarom hier eens wat andere muziek. Ritmes en klanken die deze dagen juist mijn favorieten zijn.


Het visuele gedeelte van deze selectie op YouTube is bij de eerste vier stukken minder geslaagd. De beelden zijn daar vrij statisch en naar mijn smaak wat te erg versierd (wel typisch barok).
Naast het speelse, vrolijke van Vivaldi en de veel statiger dansen van Lully is de Missa Omnium Sanctorum van Zelenka een pareltje. Bij Zelenka en Bach versterken tekst en melodie elkaar. De uitvoerenden doen daar nog een schepje bovenop. De inzet en het enthousiasme spetteren er dan bij de laatste drie stukken vanaf. Schitterend.

woensdag 15 oktober 2014

Liberalisme

Liberalisme is geen wonderdrank, geen sleutel die op alle sloten past. Evenmin als de andere politieke stromingen of de economische variant, het neoliberalisme. Het gaat er in het leven eigenlijk altijd om de juiste aanpak bij een bepaalde situatie te vinden. Alleen met gevoel voor nuances, een open houding, en genoeg oefening, kom je verder en kun je een goed resultaat bereiken. We denken toch ook niet dat ook maar welk recept altijd en voor iedereen een smakelijke maaltijd oplevert ? Veel hangt af van de sfeer, de ingrediënten, de kookkunst van de kok of kokkin, en van de smaak van de mensen die de maaltijd voorgezet krijgen.

Met het liberalisme als politieke stroming is, op zich, weinig mis. Niet voor niets heeft iets meer dan 1/3 van onze bevolking in september 2012 gestemd voor VVD en D'66 (de PVV valt, met haar extreme standpunten, moeilijk nog als liberale partij mee te rekenen). Punt is wel dat nu een minderheid de meerderheid de eigen normen en waarden wil opleggen. Zeker op economisch gebied is, vinden veel economen tenminste, de balans te ver doorgeslagen met het bijna verabsoluteerd vrije marktdenken. Een liberaal (en/of vroegkapitalistisch ?) trekje is nog de fixatie op de 3% norm. Zo komen we haast niet (en in elk geval onnodig langzaam) uit de crisis.

In Europa (en in ons land) worden de politici, economen, journalisten en andere opinievormers het nog altijd niet eens over de beste aanpak om onze economie nieuw leven in te blazen. De strijdende partijen, nog weer verdeeld in subgroepen, hebben zich ingegraven. Blijven op hun standpunt staan, houden vast aan het eigen gelijk. We luisteren niet echt naar elkaar. Wat gaat er in vredesnaam mis in onze communicatie, zelfs als we bereid zijn met elkaar in gesprek te gaan ?
In bijna elke welles-nietes discussie naderen we elkaar niet, omdat ieder de wereld met eigen ogen ziet. De situatie inkleurt en beoordeelt vanuit eigen achtergrond, kennis en ervaring. Als we dat niet beseffen blijven we langs elkaar heen praten. Met die waarschuwing (ook voor mezelf) in het achterhoofd onderzoeken we hier nader of het liberalisme ons zou kunnen helpen om uit de crisis te komen.

Om niet in pure theorie te blijven hangen is het van belang eerst helder te krijgen hoe het politiek-economische krachtenveld er in de echte wereld uitziet. Is het liberale model realistisch genoeg ? Bestaat er nog wel ergens zoiets als een vrije markt ? Kunnen we rekenen op aanvaardbare uitkomsten voor (bijna) iedereen als we op de goede werking van het prijsmechanisme vertrouwen ?
Eigenlijk zou meteen duidelijk moeten zijn dat op elk van deze drie vragen het antwoord "nee" is. Maar de meeste mensen (zelfs economen) kruisen daar juist een "ja" aan. Laten we daarom maar eens wat inzoomen en dan met de laatste vraag beginnen.

De markt werkt bij volledig vrije mededinging en onder bijzondere voorwaarden naar een evenwicht tussen vraag en aanbod toe. In het volgende plaatje naar een afzet van ongeveer 75 eenheden produkt bij een prijs van € 200.
[Klik op de afbeelding voor een uitvergroting]

Dit resultaat hoeft niet voor iedereen zo gunstig te zijn. Er kunnen potentiële afnemers zijn die deze prijs niet willen of kunnen betalen (een vraagtekort). Mogelijk is ook, dat aanbieders bij deze vraag met producten blijven zitten (een productieoverschot). In theorie zal de prijs dan zoveel zakken, of het aanbod zover bijgesteld, dat wel alles tegen de nieuwe prijs uit de markt wordt genomen. In theorie, want er moet aan een aantal belangrijke voorwaarden worden voldaan. In de praktijk bestaat er geen volledig vrije mededinging, want:

1. Er zouden zoveel aanbieders en vragers moeten zijn dat niemand in staat is de markt te manipuleren. In de praktijk is dat zelden het geval. Er zijn meestal maar enkele aanbieders (oligopolie) tegenover heel veel vragers (polypsonie). De macht ligt dan overwegend aan aanbodkant. De koper zal daardoor minder krijgen en/of meer betalen dan nodig is.
2. Producten van dezelfde soort (b.v. koffiebonen) zouden verwisselbaar moeten zijn. In de praktijk wil elke aanbieder het eigen product zo aantrekkelijk mogelijk maken. Door hogere (!) of lagere prijs, betere distributie, reclame, verpakking, vormgeving, en andere kwaliteiten van het product. Pepsi Cola is geen Coca Cola, het aanbod van de Rabobank net wat anders dan dat van ABN Amro.
3. Alle kopers zouden even goed op de hoogte moeten zijn van wat er tegen welke prijs te koop is. Omgekeerd moet elke verkoper weten wat tegen welke prijs verkocht kan worden. In de praktijk zijn er vaak belangrijke verschillen in informatie (kennis) tussen kopers en heeft elke aanbieder een kennisvoorsprong. Door deze asymmetrie zal de koper meestal meer kopen en/of betalen dan bij perfecte informatie.
4. Er zouden geen andere kosten mogen zijn voor een koper of verkoper. In de praktijk zijn er altijd bijkomende kosten, in geld, tijd, of moeite. Het marktmechanisme wordt daardoor verder verstoord.

Er bestaat dus eigenlijk nergens een vrije markt. Er is geen vrij spel van krachten. Integendeel, dat laat het volgende plaatje wel zien.
[Klik op de afbeelding voor een uitvergroting]

Het zwaartepunt van de marktmacht ligt in onze maatschappij (ook volgens Ha-Joon Chang) waarschijnlijk bij de top van de wereldconcerns, de grootaandeelhouders, en voormalige executives. Verder bij hun lobbyisten en de media. Marktmacht is er -naar het zich laat aanzien- nu (veel) minder dan vroeger bij de vakbonden, politieke partijen, en de pers. De tegenkracht ("countervailing power" van J.K. Galbraith) van het publiek in de verschillende rollen is vermoedelijk het sterkst afgenomen. Ook hierdoor zal de kloof tussen arm en rijk de afgelopen decennia breder geworden zijn.

Tussenconclusie wordt dan, dat een volkomen vrije markt niet zo'n lonkend ideaal is. Lokaal in al afgezwakte vorm heeft bestaan op middeleeuwse markten waar fysiek gehandeld werd tussen veel kleine aanbieders en veel kleine kopers. Nu in onze maatschappij bijna compleet weggeveegd door schaalvergroting en globalisering aan aanbodzijde. De tendens naar groter, met vestigingen wereldwijd, lijkt nu wel wat uit de tijd te raken.
Om meer economische stabiliteit te krijgen is het zeker raadzaam om de trend definitief om te buigen. Te streven naar lokale kleinere produktieeenheden en naar bijvoorbeeld klantencoöperaties in plaats van NV's en BV's. Met het motief om de belangen van kapitaalverschaffers, ondernemers, werknemers, en klanten, beter met elkaar in evenwicht te krijgen.

Dan de eindconclusie. Het liberalisme is ver afgedreven van de oorspronkelijke bedoelingen. Schrijnend is, dat de rechten van vreemdelingen, neergelegd in de Grondwet van Thorbecke in 1848, nu bijna geheel doorgehaald zijn. In de Grondwet (1848) stond:

Artikel 3

Allen die zich op het grondgebied van het Rijk bevinden, hetzij ingezetenen of vreemdelingen, hebben gelijke aanspraak op bescherming van persoon en goederen. De wet regelt de toelating en de uitzetting van vreemdelingen en de algemeene voorwaarden, op welke ten aanzien van hunne uitlevering verdragen met vreemde Mogendheden kunnen worden gesloten.

Nogmaals, corrigeer me maar als en waar ik het fout zie.

maandag 13 oktober 2014

Oplossing

Over de vraag hoe we het beste uit deze crisis komen, waaieren de meningen breed uit. De ECB wil van bankkredieten op de effectenmarkt verhandelbare pakketjes, asset backed securities, gaan maken om daarmee de banken meer kredietruimte te geven. De centrale bank hoopt, nu de rente niet nog lager kan, zo alsnog de investeringen aan te jagen. Het kabinet probeert ons over te halen gas te geven, terwijl het zelf hard op de rem trapt. Het roept banken op weer krediet te gaan verstrekken, maar verplicht ze ook om meer eigen vermogen aan te houden. Ze smeekt ons om eindelijk weer meer geld uit te gaan geven, ondertussen wordt ons inkomen nog weer wat wegbelast. Verder wacht het af tot de economie zich door externe oorzaken herstelt. Een Europese "New Deal" komt niet echt van de grond. Want voorstanders van neoliberale politiek domineren nog. Die overschatten het effect van marktwerking en flexibilisering.

Het ergste is, dat we de neiging hebben ons in de eigen stelling(en) in te graven. Het gesprek niet aan willen gaan. Maar een loopgravenoorlog is niet te winnen. Maakt wel vreselijk veel slachtoffers, put beide partijen uit. Op het eind "wint" de partij met het grootste uithoudingsvermogen. Dat leerde de Eerste Wereldoorlog ons wel. Toch, hardnekkig blijven bezuinigen werkt herstel tegen. Keynes heeft in dit geval nog altijd gelijk. Ha-Joon Chang zegt op pag. 90 van "Economie" daarover:

"Het probleem is dat radicale bezuinigingen op overheidsuitgaven in een stagnerende (of zelfs krimpende) economie het herstel belemmeren. Dat hebben we al gezien tijdens de Grote Depressie. Als gevolg daarvan is er grote kans dat veel landen pas in de tweede helft van dit decennium weer op het niveau van 2007 komen."

Conclusie is, dat deze crisis aanhoudt omdat de EU (Duitsland en Nederland voorop) blijven hameren op een veel te strakke budgetregel (de 3% norm). Helaas kunnen we (als we dat zouden willen) onze bestuurders daarvoor niet te spreken of voor de rechter krijgen. Laat staan de aangerichte schade verhalen. Want die schade was -daar mogen we van uitgaan- ongewild.
Vechten (in welke vorm dan ook) roept weerstand op en werkt ook tegen jezelf. Iemand die iets niet ziet (gelooft) willen bewegen de sprong te wagen is een hopeloze missie. De enige (?) goede optie, een open gesprek tussen gelijken, wordt ontweken. Hoe komen we uit die impasse ?

Als iets niet werkt is het goed even de tijd te nemen. Om naar jezelf te kijken, en je af te vragen of je misschien iets verkeerd doet, dan wel over het hoofd hebt gezien. Laten we eerst kijken of de analyse volledig is. Dan de opties nog eens langs lopen.

De analyse is op een belangrijk punt inderdaad nog niet volledig. Want we dreigen te vergeten dat deze crisis met het falen van asset backed securities (in dit geval gebundelde woninghypotheken) in de USA begon. Banken daar en in Europa stonden op omvallen en zijn met staatssteun overeind gehouden. Vroeger zou een zwakke bank door een (groep) sterkere overgenomen zijn. Maar na alle bankconcentraties is dat binnen de grenzen van een land moeilijk op te lossen. Onder meer uit minstens één mislukte fusiepoging van de ABN Amro Bank blijkt dat het nationaal chauvinisme nog parten kan spelen. Suggesties voor maatregelen om de bedrijfstak robuuster te maken, zijn:

* Splitsen van banken in een systeembank (zakelijke kredieten, geldmarkt, deposito's, sparen, betalen, consumptief krediet, woninghypotheken, verzekeren) en een apart gefinancierde onderneming met de vaak risicovoller andere activiteiten
* Verbod/beperking op uitzettingen met hoog risico (zoals bij de pensioenfondsen geldt)
* Heffing op zuiver speculatieve transacties (niet gericht op het afdekken van zakelijke risico's)
* (Of strenger) Verbod van speculatie en open posities (bij voorbeeld aankoop/verkoop van opties en futures in dollars alleen toestaan tot het bedrag van de eigen vorderingen of schulden in dollars)
* Vertraging inbouwen in de afwikkeling van effectentransacties als de koers over een bepaalde bandbreedte heen gaat (bijvoorbeeld 10% onder of boven de koers bij beursopening komt)

Nodig is ook, dat het salaris- en bonusbeleid van de topmanagers gematigder wordt. Het is een drogreden dat alleen met "marktconforme" (waar kijken we dan naar ?) beloningen goede mensen binnen gehaald en gehouden kunnen worden.

Een belangrijk punt is tenslotte, dat er geen gezonde machtsverhoudingen zijn. Het kabinet en de Tweede Kamer staan nog te ver weg van de kiezers en hun problemen. De burger wordt niet genoeg gehoord (gerespecteerd), wat met de moderne media wel zou kunnen. Daarom is het vertrouwen in de politiek sterk afgenomen. Net als het vertrouwen in de banken en de hele financiële sector. Ook het vertrouwen van de mensen in elkaar is in veel gevallen ver weg gezakt. We zijn van elkaar vervreemd. We houden mensen die maar een beetje anders lijken meestal al graag op grote afstand. Daar ligt een kernprobleem.

Dan nu de slotvraag. Wat zijn de opties als we maar niet in gesprek willen of kunnen komen ?
Voor mij is duidelijk dat het geen zin heeft te vechten, pogingen te doen je gelijk te halen, te "winnen".
Wel om door alles heen je best te blijven doen om elkaar weer echt te gaan zien, waarderen. Niet meer tegenover elkaar, maar naast elkaar te staan. Te helpen waar het kan en mag, te delen. De eigen inzichten en levenshouding te toetsen aan anderen als spiegel.
Als iemand dat niet toe wil of durft te laten, om wat voor reden dan ook, blijft er weinig over dan de eigen goede bedoelingen te blijven laten zien, maar wel een stapje terug te doen. Die mens daarmee de nodige ruimte te geven om eigen keuzes te maken. Want je mag (behalve als het leven van jezelf of anderen ernstig in gevaar wordt gebracht) niemand die basisvrijheid ontnemen. Om te doen wat voor hem of haar de beste weg lijkt, of werkelijk is, goed voelt.
Voor mij is daarom één regel uit de Declaration of Independence van de USA iets om in te lijsten:

"We hold these truths to be self-evident, that all men are created equal & independent".

Voor alle duidelijkheid: het gaat bij "men" over mensen. Mannen en vrouwen, van welk ras, welke kleur, welk geloof, of welke overtuiging ook. Terug naar de basis van ons geluk. Het gaat erom de kwaliteiten die er zijn (bij iedereen) zoveel mogelijk te benutten. Ideeën en initiatieven een maximale kans te geven. Dat is trouwens wat anders dan liberalisme zoals het nu door (te) veel mensen ingevuld wordt. Ook daar zijn we afgedreven van de kern.

Corrigeer me maar als en waar ik het fout zie. Een open uitwisseling van gedachten is meestal erg verhelderend voor minstens één van de gesprekspartners.

vrijdag 10 oktober 2014

Manipulatie

Mijn vak, marketing, gleed na een mooie start af tot pseudo-wetenschap van manipulatie. De docent die me les gaf ging dat erg aan zijn hart en heeft er daarom fel tegen geprotesteerd. Maar hij vindt wel, dat er niets mis hoeft te zijn met beïnvloeding (bijvoorbeeld door reclame).
Dat is blijkbaar een breed gedragen opvatting. "Economie, de gebruiksaanwijzing" (2014) gaat een stap verder en vindt zelfs manipulatie heel acceptabel. Auteur van dat boek is Ha-Joon Chang, docent economie in Cambridge. Hij geeft, bij uitzondering (?), wèl wat hij belooft. Het boek is helder en toegankelijk, vlot te lezen. Daarom een aanrader voor iedereen. Vooral voor wie vastzit in neoliberaal denken (of in welke economische school dan ook). Het zet economie neer als een kist vol verschillend gereedschap. We moeten elk stuk leren hanteren en per situatie het meest geschikte kiezen. Een hamer is geen goede beitel of schroevendraaier.

Manipulatie is volgens het woordenboek iemand naar je hand zetten, beïnvloeden, soms (!) op onbehoorlijke wijze. Manipulatie heeft naar mijn gevoel altijd een sterk negatieve lading, beïnvloeding is neutraal. Dat roept een paar vragen op.
Als beïnvloeding blijkbaar sociaal heel acceptabel gevonden wordt en manipulatie lang niet door iedereen en in alle gevallen, waar ligt dan de morele grens ? En is die misschien van generatie op generatie verschoven door gewenning ?

Manipulatie wordt bij mij zo negatief ingekleurd omdat ik het koppel aan machtsmisbruik en dwang. Macht in de vorm van kennis, status, geld, kracht, of wat maar als machtsmiddel kan worden misbruikt. Dwang in de vorm van sterke beïnvloeding, niet het hele verhaal vertellen, leugen en bedrog, of iemand door fysiek geweld geen vrije keus meer laten. Voor mij is machtsmisbruik of dwang -net als elke andere actie of zelfs maar gedachte- een boemerang. Goed doen, delen, geven zonder de bedoeling daarvan zelf beter te worden, brengt geluk. Vrede bij jezelf en anderen. Maar als je iets of iemand beschadigt slaat het ook op jezelf terug. Dat moet je dan toch niet willen ?

Voor mij is de grens daarmee scherp te trekken. Maar laten we als voorbeeld nog eens drie korte cases nemen. De woekerpolis, het brandstofverbruik van auto's, de kosten en baten van duurzame energie.

Kopers van zogenaamde woekerpolissen claimen slachtoffer te zijn van misleiding. Niet gekregen te hebben wat door de verzekeraar aan rendement werd "beloofd". De rechter gaf hen gelijk. Die heeft zelfs uit laten rekenen wat de betrokkenen aan "schade" hebben geleden.
Dat alles komt op mij heel hypocriet over. Want was de koop van dit type polis dan geen vrije keuze ? Hebben andere verzekeringen niet vaak ook hoge eerste kosten ? Welke verkoper vertelt het hele verhaal ? Sinds wanneer is er zoiets als een rechtvaardige prijs, zorgplicht of niet ? Mogen commerciële verzekeraars geen winst maken en moeten zij dan zonder meer het hele plaatje -kosten en opbrengsten van het aangeboden product- aan potentiële kopers en concurrenten laten zien ? Welke bedrijven worden daar nog meer toe verplicht, of doen dat zelfs al vrijwillig ?
Dit lijkt me hooguit een geval van beïnvloeding door verkopers -binnen de grenzen van wat sociaal geaccepteerd en wettelijk toegestaan is- niet van onbehoorlijke manipulatie. Een vreemde zaak, zeker in het licht van de twee andere cases.

Het is daarmee "zoek de verschillen". Voor mij zijn die blijkbaar te subtiel, of ze bestaan niet echt. Want ook daar kun je het hebben over beloftes die niet werden ingelost. En over schade die werd geleden, maar dan niet vergoed. Daar lijken recht en sociale acceptatie ineens heel anders te liggen.

De tweede case gaat over het opgegeven brandstofverbruik van auto's. Auto's worden veel zuiniger neergezet dan ze in het gewone leven kunnen zijn. Neergezet in verkooppraatjes, folders, energielabels, officiële cijfers van de fabriek. Die cijfers komen uit onrealistische tests. Waarbij alles wordt gedaan om gewicht en luchtweerstand te verminderen.
Het kan zomaar zijn dat een verbruik van 5 of 6 liter per 100 km wordt opgegeven, terwijl het werkelijk verbruik bij zuinig rijden wel 7 liter per 100 km kan zijn, dat weet zo langzamerhand nu iedereen. Wie krijgt hier zelfs maar een kleine schadevergoeding toegekend ? En waarom zou de rechter hier anders kunnen oordelen ?

De derde case is er één uit de sector overheid. Het CPB heeft een kosten-batenanalyse gepubliceerd over duurzame energie. Link: http://www.cpb.nl/publicatie/kba-structuurvisie-6000-mw-windenergie-op-land .
Het is op zich al absurd dat de overheid zo'n rapport met een (zeer onzekere en beperkte) kosten-batenanalyse vraagt. Nog meer, dat het gebruikt zou worden in de besluitvorming. Want de overheid is geen energieleverancier. Het zou om beleid in het algemeen belang en volgens de door EU en kabinet geformuleerde doelstellingen moeten gaan.
De uitkomsten van de berekeningen zijn zeer onzeker (net als in de pensioendiscussie en in de besluitvorming over de overheveling van taken in de zorg). Het rapport benadrukt die grote onzekerheid. Toch wordt waarschijnlijk ook hier gewoon het advies opgevolgd.
De analyse is veel te beperkt. Want de geldende prijs van oligopolisten (weinig aanbieders, bijna-monopolisten) wordt zonder meer als uitgangspunt gebruikt. Zonder te kijken naar de kostprijs en de opbouw van de verkoopprijs. Want hier is veel of weinig winst blijkbaar geen punt. Maatschappelijke kosten en baten blijven voor het gemak maar buiten beschouwing. Kosten van vervuiling en afbreukrisico (te grote leveranciersafhankelijkheid) zijn niet meegenomen.
We maken een stap naar een beter milieu zo teveel afhankelijk van gevestigde belangen. We hebben dus niet geleerd van de eerste oliecrisis (1973) toen auto's stil moesten blijven staan bij gebrek aan brandstof. Zo verandert er nooit wat. Het is als recht op een file inrijden omdat uitwijken wat meer moeite en geld kost. Tijd dat we anders gaan denken en handelen.
Zelfs bij zo'n werkelijke wanprestatie, kan de overheid niet effectief op andere gedachten worden gebracht. Laat staan een schadeclaim ingediend. Of in dit geval misschien de opinie onbehoorlijk wordt beïnvloed (bewust misleid) valt niet te zeggen. Maar het lijkt er wel sterk op.

Ha-Joon Chang velt in zijn boek een veel scherper oordeel. Bedrijven en overheid, eigenlijk alle mensen, zijn uit eigen belang altijd (?) bezig de ander te manipuleren. Maar doorgeslagen gedrag op dat punt (op jezelf gefocust, kortzichtig en respectloos handelen) verwoest onze wereld en alle relaties. We zouden toch eindelijk kunnen weten dat we daarmee ook onszelf veel tekort doen. Dat is heel wat erger dan anders "een dief van eigen portemonnee" te zijn, zoals het gangbare excuus luidt als het om geld gaat. Morele schade weegt nooit op tegen financieel gewin.

woensdag 8 oktober 2014

Vermeend vs. Piketty

Willem Vermeend bewijst met zijn nieuwste boekje net zo min iets als Thomas Piketty met zijn indrukwekkende studie. Piketty is dan meer zuiver wetenschappelijk bezig dan Vermeend. Want Piketty tekent nog aan dat hij geen stellige uitspraken over de toekomstige ontwikkelingen kan doen. Maar Vermeend haalt alles uit de kast om in zijn boekje "Arm & rijk in Nederland - Hoe het echt zit met inkomen en vermogen" "bewijzen" voor zijn stellingen aan ons te verkopen. Daarbij haalt hij nogal wat studies aan (die we dan zouden moeten gaan lezen) en bombardeert ons met cijfers, grafieken, tabellen. Op het eerste gezicht allemaal heel overtuigend. Dat is het niet.
Vermeend bagatelliseert de vermogensongelijkheid die in ons land bestaat. Hij meent zelfs, dat Piketty wel zal toegeven dat we het hier nog relatief goed doen. Dat laatste is wensdenken op grond van een te simpele analyse met oude economische theorie. Twee voorbeelden om dat duidelijk te maken. Ook dan maar met grafiekjes visueel gemaakt.

Zolang het rendement op beleggingen ver boven dat op sparen ligt, neemt de kloof tussen arm en rijk snel toe. Want het rendement op sparen is al jarenlang (na inflatie) nul tot negatief, terwijl beleggingen nog wel met 5% tot 10% per jaar kunnen groeien. De beleggersclub Fibonacci schermt zelfs met een jaarlijks rendement van 30 % (!), terwijl het grootste pensioenfonds ABP over een lange periode (sinds 1993) gemiddeld 7% rendement haalde.
Wat een klein verschil in rendement op sparen en op beleggingen al uitmaakt, laat de volgende grafiek zien.
[Klik op de afbeelding voor een uitvergroting]

Oude (macro-)economie is bijvoorbeeld het groeimodel van Solow dat Vermeend op pag. 36 en 37 van zijn boekje uitlegt. Dit model is te simpel om daarmee te verklaren wat er werkelijk gebeurt. Laat staan om beleid mee te vormen dat ons uit de crisis kan halen. Het heeft als zwakke punten:

1. Het laat alleen de bedrijfsuitkomsten als totaal zien. Goed presterende producten of sectoren komen niet boven en zullen zo geen bijzondere aandacht krijgen. We verliezen dan groeicapaciteit.
2. De productiviteit per werknemer stijgt waarschijnlijk door. Door hoger opleidingsniveau, verbeterde skills van werknemers en management, verdere automatisering. Meer delen van kapitaal, kennis, etc., kan groei nog extra aanjagen. Meer investeren in research en development ook.
3. De afschrijvingen per werknemer zullen meer dan lineair gestegen zijn. Want het vroegere werk van een kleine handvol mensen wordt nu op veel plaatsen door een enkele werknemer gedaan.
4. Het is een illusie dat winst (kapitaal) altijd productief gemaakt zal worden in investeringen. Veel kapitaal gaat naar speculatieve beleggingen (die de snelste winst beloven maar lang niet altijd geven). Kapitaal gaat onder meer verloren in uiteenspattende bubbels. Dat heeft deze doorziekende crisis toch al wel laten zien.
5. Er is geen automatisch evenwichtsmechanisme, zoals Solow en (ook) Vermeend (lijkt te) suggereren
6. Er zijn in het algemeen alleen afnemende meeropbrengsten als men in oude producten en markten blijft hangen. Maar dat hoeft niet te gebeuren en is in elk geval geen wijs beleid. De marketingtheorie geeft productontwikkeling, marktontwikkeling, en diversificatie als betere mogelijkheden.

Als we deze punten verwerken, veranderen de uitkomsten van de standaardgrafiek (1) bijvoorbeeld naar grafiek (2):
[Klik op de afbeelding voor een uitvergroting]

Hierin is:
P/L de productie (omzet) in € 1.000 per werknemer
A/L de afschrijvingen en andere productiekosten in € 1.000 per werknemer
S/L of I/L de ingehouden winst beschikbaar voor uitdeling of investeringen in € 1.000 per werknemer
K/L het geïnvesteerd kapitaal in € 1.000 per werknemer

Merk op dat het snijpunt van de A/L en de S/L-curve geen evenwichtspunt is. Ook, dat de S/L curve alleen in het tweede plaatje vrijwel vlak blijft door extra opbrengst en winst. Bijvoorbeeld uit uitbreiding/vervanging van het assortiment door nieuwe producten.

De economie wordt niet vooral door ondernemers met investeringen aangejaagd (zoals Vermeend veel te eenzijdig stelt). Ook de overheid en consumenten kunnen dat met hun investeringen en bestedingen. Het laatste vraagt een merkbare verbetering van koopkracht voor zo goed als iedereen. Niet iets van een paar tientjes per maand die meteen opgaan aan prijsverhogingen, weer hogere belastingen en andere afdrachten. Die treffen de groepen met lagere tot middeninkomens en -vermogens onevenredig zwaar. Zeker als het waar is dat miljonairs in ons land gemiddeld een vrij besteedbaar inkomen hebben van € 100.000 zoals Vermeend aangeeft. Dan zou ook bij hen het rendement op vermogen rond de 10% per jaar liggen. Dat zelfs na belasting, terwijl de spaarder door inflatie bij extreem lage rente al jarenlang inteert.

Op minstens twee punten wijst Vermeend naar alle waarschijnlijkheid zeer terecht:

1. Tot nu toe heeft onze overheid schadelijk beleid gevoerd en ons daarmee onnodig lang in financieel zwaar weer gehouden. Ze heeft vooral de economische groei afgeremd door onophoudelijke lastenverzwaringen en bezuinigingen.
2. Een beter middel om de welvaart eerlijker te verdelen dan het sterker afromen van grote vermogens (zoals Piketty aanbeveelt) is waarschijnlijk het geven van aandelen en opties aan alle werknemers. Dus niet langer beperkt tot het topmanagement [want mooie bedrijfsresultaten zijn vaak het product van goed samenwerkende teams in de lagere echelons].




maandag 6 oktober 2014

Groenink en marketing

Rijkman Groenink wordt door veel mensen beschouwd als grote boosdoener. De man die de ABN Amro Bank in de vernieling bracht en daarna wrang genoeg nog met € 26 mln bonus beloond werd. Wrang, want de bank die zich profileerde als De Bank moest met veel geld uit onze portemonnee gered worden om omvallen (van meer banken en Nederland (?)) te voorkomen. Zo zie ik Groenink niet, en ik heb hem toch een tijdje van zeer nabij meegemaakt.

Maar ik zie Groenink ook niet als slachtoffer zoals hij een paar maanden geleden in de Volkskrant werd weggezet. Dat was in een "geautoriseerde" rectificatie. In HP/De Tijd werd daar een schepje bovenop gedaan. Link: http://www.hpdetijd.nl/2014-02-10/gemakkelijke-zure-onzin-volkskrant-rijkman-groenink/
Voor mij geldt nog steeds de waarschuwing (leefregel) "Wie zonder zonde is, werpe de eerste steen". Groenink had en heeft grote kwaliteiten die paste bij zijn ambitie. Hij maakte in de Amro Bank niet zomaar een bliksemcarrière, gedreven als hij was en nog altijd -van ver gezien- lijkt te zijn. Het lukte hem alleen niet de beoogde gouden deal te sluiten. Om ABN Amro naar de top tien van de wereld te laten doorstoten zoals zijn ambitie was.
Als topman van de ABN Amro Bank heeft hij misschien teveel op zichzelf en op zijn naaste adviseurs vertrouwd zoals in "De Prooi" wordt beweerd. Niet onwaarschijnlijk is ook dat hij de belangen van aandeelhouders (te) ver bovenaan zette. Dat leek de beste strategie, want de beurswaarde moest flink omhoog om genoeg geld te krijgen voor een grote overname.

Een bestuursvoorzitter of CEO kan niet meer naar anderen wijzen. Het is daarom ook eenzaam aan de top. Maar die plaats wilde hij zelf hebben. Ieder mag zijn of haar eigen keuzes maken. Wat anders is of zo'n keuze altijd gelukkig maakt.

Wat mij nog altijd dwars zit (na zo'n vijfentwintig jaar) is dat neoliberaal gedachtegoed en "wetenschappelijk verantwoorde" risicomodellen (waardoor Groenink zich misschien teveel liet leiden) nog altijd zoveel aanhangers heeft. Ook dat "mijn" vak marketing (dat ik koos omdat mensen mij meer interesseerden dan cijfers) zwaar verpest is. Het is een pseudo-wetenschap van de manipulatie geworden. Een vroegere hoogleraar van me protesteerde er al vergeefs tegen.

Marketing zette toen dit nieuwe vak aan de EUR opkwam (in 1969/1970) nog de klant centraal. Het ging erom de behoeften van mogelijke klanten te peilen en te kijken of er iets met winst te maken en verkopen was aan bepaalde doelgroepen. Daarna dat product bij een zo groot mogelijke groep potentiële kopers onder de aandacht te brengen. Dat in tegenstelling tot de oude verkoopstijl. Die van de stofzuigerverkoper aan de deur die als radde prater je een nieuw product aan wist te smeren. Maar we zijn, wat dat betreft, weer helemaal terug bij af.

Wij, het hele land, zijn slachtoffer van die terugval. Niet alleen door de bekende (maar nog niet volmondig door de betrokkenen zelf erkende) uitwassen in de financiële sector. Uitwassen, zoals de bonuscultuur en het gebrek aan oog voor de klant en werknemer) die er nog steeds zijn. Ook doordat de overheid, mikkend op nog meer privatisering en marktwerking, die verkoopstijl heeft overgenomen. Eerst iets maken, daarna ons aanpraten dat het een goed product is. Een stijl die op korte termijn (tenminste volgens beperkte berekeningen) winst oplevert, maar onherstelbare schade toebrengt aan ons allemaal en onze wereld. Die wordt niet geteld.
Ons wordt aangepraat dat het niet anders kan, zelfs goed voor ons is. Dat leidt tot absurde taferelen. Eén daarvan is het sprookje dat we allemaal ouder worden en dat de pensioenen daardoor op de duur niet meer betaalbaar zouden zijn. Daarom zouden we allemaal langer moeten werken. Nu komt minister Asscher (belast met o.m. het algemeen sociaal-economisch beleid) ons vertellen dat er door robotisering in de komende jaren nog eens honderdduizenden banen zullen verdwijnen. Op wat voor banen zouden we dan door moeten werken tot na ons 67e ? Absurd is ook, dat windmolenparken of andere vormen van groene energie niet rendabel zouden zijn zoals het CPB berekend heeft. Maar dat komt omdat vervuilende energiecentrales door kromme Europese regels (emissierechten) evenveel mogen blijven produceren en vervuilen als ze op peildatum deden. Moeten we ons dan laten binden door domme regelgeving ?

Gelukkig zijn er lichtpuntjes. Minister Kamp (verantwoordelijk voor macro-economisch beleid) zet de plannen om windmolenparken op zee te bouwen door. Hij wil dan maar de regelgeving over emissierechten laten aanpassen. Niet de simpelste oplossing, want je kunt ook gewoon de analyse relativeren. Zijn plan heeft waarschijnlijk heel weinig kans van slagen in het Europese krachtenveld.
Een ander lichtpuntje is het boek "Capital" van de Franse topeconoom Thomas Piketty. Daarin wordt een progressieve vermogensbelasting bepleit. Van 0.1 tot 0.5% voor de kleinste vermogens oplopend naar 5 tot 10% voor supergrote vermogens. En passant laat Piketty zien (maar dat heeft de pers niet gehaald) dat de Europese 3% norm onzin is. Volledig uit de lucht gegrepen (ik herhaal het hier maar eens), want de schuldenlast van veel landen is vroeger veel hoger geweest, zonder dat dit tot staatsbankroet leidde. Frankrijk heeft daarom nu gezegd zich niet aan de begrotingsafspraken te kunnen en te willen houden, en om langer uitstel gevraagd. Terecht.
Het belangrijkste lichtpunt is voor mij dat we definitief toegroeien naar een participatiesamenleving. Een maatschappij van meer en eerlijker delen. We leven op de grens van die nieuwe tijd en nieuwe wereld. Dat kan niet meer afgeschoten worden als "New Age-achtige wartaal" of "wereldvreemde zweverigheid". Een studiegenoot van me (futuroloog) schreef over die nabije toekomst een inspirerend boek. En er zijn nog veel meer inspirerende boeken geschreven. De Bijbel ook, zelfs als je die (als modern mens) leest als een boek vol tips om als mens tot volle ontplooiing te komen. Als spirituele leerweg om een betere wereld te scheppen. Voedsel voor de ziel te over, net als iconen die onze rolmodellen kunnen zijn. Koplopers die ons de weg wijzen. Gewone mensen, met kwaliteiten (talenten) die wij allemaal kregen, die ons laten zien hoe het ook kan.

vrijdag 3 oktober 2014

Overvloed

We leven in een wereld van overvloed. Niet alleen van informatie en prikkels, maar ook van geld en middelen. Niet altijd en overal, want er zijn grote verschillen tussen arm en rijk, maar toch. Want het is maar wat je arm of rijk noemt.

Economie wordt wel de theorie van de keuzevraagstukken genoemd. Van de spanning tussen oneindig veel behoeften en schaarse middelen. Dat is een 17e eeuwse benadering. Die van de koopman-boekhouder die weinig risico's nam en zuinig op zijn kapitaal paste. Het is daarom tijd voor een nieuwe aanpak. Er wordt beleid gevoerd dat op drijfzand is gebouwd. Vaak met veel statistisch materiaal (zoals bij CPB, CBS, en bij een econoom als Piketty). Maar cijfers uit het verleden zijn niet zo maar door te trekken. Alle beleggers weten dat.

Het is belangrijk dat de gangbare economische theorie eens goed wordt getoetst. Is het wel waar dat een lage rente investeringen aanjaagt ? Of dat lage lonen betekenen dat er meer werkgelegenheid komt ? Of dat de 3% norm ook maar ergens op slaat, ons helpt uit de crisis te komen ?
Het klinkt allemaal logisch en is al eeuwenlang gesneden koek voor economen en beleidsmakers. Toch zijn het stuk voor stuk slecht onderbouwde stellingen, onbewezen theorieën, dogma's. Nog te veel boven kritiek verheven.
Het is daarom prima dat Frankrijk zich niet in het harnas van te harde bezuinigingen wil laten wringen en meer tijd vraagt. Daarvoor zijn goede redenen te over.

De Europese 3% norm is niet genoeg onderbouwd. Het percentage werd uit de lucht gegrepen.
Piketty laat in "Capital" als nevenproduct zien dat er vroeger vaak veel grotere tekorten zijn geweest. En tot nu toe ging geen enkele staat bankroet. Ook wel omdat schulden soms gewoon werden afgestempeld, of een extra belasting ingevoerd, daarmee het probleem (?) op het publiek afgewenteld. Dat gebeurt ook nu.
De vraag wordt niet gesteld en dus ook niet beantwoord, of dat eigenlijk wel nodig is. Want het is vreemd dat we bij de Staat alleen naar uitgaven en inkomsten kijken. Naast schulden heeft de Staat (een ongrijpbaar iets, waar wij allemaal eigenaren van zijn) heel veel bezittingen. Zo goed als zeker (maar moeilijk te berekenen en te bewijzen) vallen de schulden daarbij in het niet.
Het kan zijn (maar is die angst terecht ?) dat de rente op staatsschuld als het zo doorgaat straks niet meer uit belastingen op te brengen is. En de belastingen (inclusief betaalde premies en de kosten van geprivatiseerde diensten) kunnen moeilijk verder worden opgekrikt. Er wordt dus maar verder bezuinigd en gesneden in het budget van de overheid en haar taken. Totdat een "belastingherziening" (een veel te verzachtend woord) de overheid weer meer bestedingsruimte geeft.

Vooral door het onophoudelijk bezuinigen in publieke en private sectoren is in Europa heel veel werkgelegenheid verloren gegaan. Niet alleen door automatisering, robotisering, en het overhevelen van werk naar lage lonen landen. Dat proces is (wereldwijd ?) onder invloed van neoliberaal gedachtegoed veel te ver doorgeslagen. Het is de hoogste tijd om te redden wat er te redden valt en een nieuwe economische theorie te ontwikkelen. Als die theorie en het daarop gebaseerd beleid tenminste dan ook goed in de praktijk getoetst gaan worden. Modelberekeningen zeggen niet genoeg. Daaruit komt alleen wat er in gestopt is aan veronderstellingen en cijfers.
Ook in een veranderende wereld zou het werkgelegenheids- of welvaartslek te stoppen moeten zijn. Want bezuinigingen, automatisering, en robotisering zijn winstgedreven ontwikkelingen. Aannemend dat die winst er in voldoende mate is, waar blijft die dan ? Volgens Piketty bij de kapitaalbezitters. Vermogens groeien harder dan inkomens en bestedingen (of investeringen). Daarom wordt de kloof tussen arm en rijk groter.

Misschien belangrijker nog is, dat er een kunstmatig gevoel van schaarste wordt opgewekt. Want het is heel bekrompen om alleen maar in termen van materie, cijfers, geld te denken. Wie zich daardoor klem laat zetten doet zichzelf en anderen tekort. Het is alleen in zoverre waar, dat wij onze wereld aan het verwoesten zijn. Met uitstoot van CO2 en andere schadelijke stoffen. Met uitputting van water, grondstoffen. Gevolg is dat we de grenzen aan de groei naderen (als ze hier en daar al niet overschreden zijn). Dat liet de Club van Rome in 1968 al zien. Maar daar hebben we ons in het algemeen nog weinig aan gestoord.
Minstens even erg is, dat een gevoel van schaarste tegen ons werkt. Iemand met zo'n gevoel laat zich beperken in al zijn of haar kwaliteiten. In creativiteit, leervermogen, ontwikkeling van talenten, kracht van communicatie. Ook daardoor worden de rijken rijker en de armen armer.

Als we meer gaan delen is er hoop op een betere toekomst voor ons en onze wereld. Van delen wordt niemand armer, alleen maar rijker. Ieder in dat circuit kan met minder (energie, geld, middelen) toe. Dat besef is al bij veel mensen aanwezig en wint nog aan aanhang en kracht. We gaan duidelijk toe naar een participatiesamenleving, een omgeving waarin meer en eerlijker gedeeld wordt. Dat geeft ons hoop.
Voor een goed begrip nog dit. Delen is wat anders dan socialisme of communisme. Delen kan alleen vrijwillig zijn. Herverdeling of gemeenschappelijk eigendom wordt in het socialisme of communisme afgedwongen. Net als heffing van belastingen in een democratische staat.
Dwang roept ontwijkingsgedrag op. Uiteindelijk stort het stelsel daardoor in. Daarom is verder gaan op de oude koers en met lekstoppers (de "accoorden" en straks een "herzien" belastingstelsel) het schip van staat drijvend zien te houden geen goed idee. Laten we gaan werken aan een maatschappij waarin meer en beter gedeeld wordt. Het is een illusie dat iemand die van harte geeft armer wordt. Delen maakt ons allemaal rijker. Welzijn zou ook in ons handelen en denken boven welvaart moeten gaan.

Doe de ogen maar open en kijk eens goed om je heen. We leven niet in een wereld van schaarste, maar -nu al- in een wereld van overvloed.