maandag 1 december 2014

Pensioenen (Update 16 februari 2015)

Open brief aan mevrouw de Staatssecretaris Jetta Klijnsma

Pensioenen zijn een moeilijke materie. Voor bijna alle werkenden, tot bijna aan het eind van hun loopbaan, is het pensioen ook ver weg. Ze zijn meestal veel te druk met de problemen van het hier en nu om zich ook nog eens zorgen te maken over de toekomst.
Een nog veel te kleine groep maakt zich wel degelijk zorgen. Vakbond Abvakabo heeft op 20 november gedemonstreerd bij het ABP tegen de plannen van het kabinet. Waarbij de regels voor indexering ineens nog veel strenger worden als de Eerste Kamer de plannen die er nu liggen tenminste goedkeurt. Plannen die indexering zeker voor een jaar of tien onmogelijk zullen maken, zoals het er nu naar uitziet. Plannen waarbij ook het ABP (bestuur) zich naar eigen zeggen ongemakkelijk voelt, omdat die regels veel te streng zijn. De gemiste indexatie komt, volgens berekening van het ABP zelf, al uit op 10%:
Bij een inflatie van gemiddeld de door het ECB "gezond" geachte 2% zou er de komende tien jaar voor ouderen een koopkrachtverlies ontstaan van nog eens ruim 20%. Er zijn maar weinig ouderen die zo'n gat kunnen overbruggen uit spaargeld of de overwaarde van hun woning. Er is trouwens -wat het laatste betreft- juist onder ouderen een grote groep huurders. En ook de zorg wordt zo langzaam aan onbetaalbaar.
Laten we dus maar hopen dat de Eerste Kamer over een paar dagen tegen dit onrijpe plan stemt.

Mevrouw de Staatssecretaris, u vroeg om suggesties voor betere pensioenplannen. Hier zijn er enkele.

1. Geef de pensioengerechtigde meer ruimte voor inzet van het eigen pensioen. Niet alleen voor aflossing van hypotheekschuld. Ook als eigen inbreng bij het aangaan van een hypotheek en als onderpand voor een krediet als er bijvoorbeeld ineens hoge zorgkosten komen.
2. Maak de pensioengerechtigde eigenaar van zijn of haar aandeel in de pensioenpot. Geef in elk geval de keuze vrij in welk fonds men wil laten beleggen en met welk risicoprofiel. Ook al komt er een "algemeen pensioenfonds", er moet nu gerekend worden met een beleggingsrendement dat van (nu) negatief oploopt naar rond de 3% in 60 jaar. Dat is erg voorzichtig, gezien tegen de achtergrond van Robeco die bijna 10% rendement aanbiedt en beleggingsclubs die nog veel beter presteren. Een professionele zeer grote belegger zoals APG (die onder meer voor het ABP belegt) zou toch ook op lange termijn een nog wat beter gemiddeld rendement dan 7% moeten kunnen halen.
3. Laat de beslissing wel of niet te indexeren afhangen van het beleggingsresultaat over een heel jaar. Die beslissing koppelen aan een enkele peildatum is financieel-technisch erg vreemd.
4. Dwing niet iedereen tot langer doorwerken als dat al qua vitaliteit en werkgelegenheid zou kunnen (waar zijn er straks nog banen voor ouderen ?), maar overweeg bijvoorbeeld het pensioen te splitsen in een klein aanvullend pensioen (bovenop de AOW) tot overlijden, en de rest van het aanvullend pensioen tot bijvoorbeeld een eindleeftijd van 75, 80, of 85 jaar (naar keuze van de pensioengerechtigde).

Met deze suggesties worden de lasten van vergrijzing echt en (veel) beter beheersbaar. En in elk geval wordt de keuze hiermee gelegd waar die hoort, bij de betaler (pensioengerechtigde). Want de premies die werkgevers betalen zijn gewoon uitgesteld loon. Zo worden uitkeringen ook belast.