zaterdag 7 februari 2015

Macro/micro

Economen en beleidsmakers blijven mensen. Ze kijken door hun eigen bril en zien vaak alleen de dingen die bekend voorkomen, of die ze graag willen zien. Het is daarom niet zo vreemd dat de meeste economen de crisis niet aan zagen komen. Nog erger, nog altijd geen recept hebben gevonden om die op te lossen.

Een belangrijke reden is ook, dat het beleid gemaakt wordt op macro-niveau. Vaak door macroeconomen die van heel veraf naar de wereld kijken. Hun theorie toepassen, zelfs nog als die al lang niet meer blijkt te werken. De crisis ettert vooral daarom door. Ook omdat, als er eenmaal een besluit gevallen is, bijna niemand wil weten dat hij/zij het misschien niet helemaal goed heeft gezien en dat beter een andere weg gekozen had kunnen worden. Zoals rond de Griekenland-crisis rondzong: "We moeten nu geen slappe knieën krijgen" (dat waren de hardliners in de EU die vinden dat de 3%-norm voor het overheidstekort niet genuanceerd mag worden), en "vertrouwen wordt pas gegeven bij gebleken betrouwbaarheid" (Schäuble naar de nieuwe Griekse regering).

Schäubles gezegde weegt niet mee dat cijfers niet heilig mogen zijn, niet belangrijker dan mensen. Evenmin dat vertrouwen gemakkelijker verloren dan gewonnen wordt. En als je pas na gebleken trouw aan een wurgcontract (in een sfeer van slikken of stikken getekend door een rechtsvoorganger) om een realistischer aflossingsregeling mag vragen zijn we veel te rechtlijnig-afstandelijk bezig.
Mensen (een volk, de hele EU, zelfs ook Rusland) in het gareel willen dwingen, met eenzijdig opgelegde regels en sancties, is niet meer van deze tijd. Ook al mag (en in uiterste situaties moet) je wel vechten voor iets of iemand die je lief is. Elk mens heeft recht op respect. Op wat ruimte om eigen keuzes te maken en zich te kunnen ontplooien. Om een menswaardig bestaan te leiden. Zelfs op steun als dat niet (meer) op eigen kracht lukt. Zolang hij/zij anderen die grondrechten ook maar gunt en geeft. De munt heeft twee zijden.

Laten we het daarom eens opnieuw, van een andere kant, bekijken. Niet alleen macro (van veraf), maar ook micro (van dichtbij). Want er wordt nogal wat in sjablonen, met zwart-wit tegenstellingen, gepraat en geschreven. Alsof economie en politiek een wedstrijd in het debatteren zijn. De Grieken zijn niet allemaal lui en corrupt, evenmin als wij. De portemonnee hoeft niet door "ons" opnieuw getrokken. De verstrekte leningen en een eventueel klein overbruggingskrediet gaan niet in een bodemloze put. Uitstel geven van betaling is geen teken van zwakheid of beloning van slecht gedrag. Geef Europa en de nieuwe Griekse regering een kans.

De EU-top verwacht te veel van simpele en uniforme regels. Van lage basisrente, lage lonen, en een paar benchmarks, als toets op de gezondheid van elk land in de EU. Als bijvoorbeeld de normen voor het overheidsbudget niet tot de nul achter de komma opgelegd en afgedwongen zouden worden, is er al meer kans op herstel van zelfs de nu "slechtst" presterende landen. Het is een ernstige misvatting dat wat (misschien) goed is voor de één (Duitsland, Nederland ?), ook goed is voor alle anderen. We hoeven ook niet steeds weer verder te bezuinigen om internationaal concurrerend te worden of te blijven. Dat is een verouderde en in elk geval veel te simpele opvatting. Ook een doodlopende weg, want er is altijd wel ergens een aanbieder die een bepaald produkt nog goedkoper kan leveren. Meestal door anderen (toeleveranciers en/of werknemers) nog meer uit te persen. Zelden door verbetering van het proces en/of het produkt.

Macroeconomen kunnen van bedrijfseconomen dan nog wat leren. Bijvoorbeeld dat je kunt concurreren op vier of meer aspecten. Meestal wordt daarvoor het schema van de "vier p's" gebruikt (produkt, prijs, promotie, plaats). Puur met reclame of met de laagste prijs iets willen verkopen is een strategie die tegen je werkt. Met produkt of plaats als hoofdaccent kun je je van andere aanbieders zó veel onderscheiden dat je (nog of weer) winst gaat maken.
Een warenhuis als V&D is zo ook nieuw leven in te blazen. Als plaats waar je andere mensen ontmoet, waar je produkten kunt zien, ruiken, voelen, vergelijken, waar je persoonlijk advies kunt krijgen en prettig geholpen wordt, etc. Ontwikkel maar een nieuw concept dat aansluit bij de behoeften van de potentiële klanten. Verzin in elk geval niet alleen maar iets wat je zelf goed of nodig vindt, zoals de EU-topmensen nu lijken te doen.